Experts leggen uit waarom
Nu we de feestdagen net achter de rug hebben, kunnen we ook eindelijk weer eventjes bij komen van alle familie-reünies en de bijbehorende opmerkingen. Zo maken je opa en oma bijvoorbeeld, vaak onbedoeld verkeerde opmerkingen. Hoog tijd om daar dus eens wat verandering in te brengen! Wij leggen je dan ook uit welke opmerkingen van je opa en oma niet meer door de beugel kunnen.
Opmerkingen
Volgens kinderpsycholoog Ann-Louise Lockhart kunnen opa’s en oma’s ‘een omgeving creëren waarin kleinkinderen zich ongemakkelijk of onzeker voelen’. En precies daarom is het belangrijk voor grootouders om wat bewuster te zijn van de manier waarop zij communiceren met hun kleinkinderen. “Het kan moeilijk zijn om de manier waarop je dingen zegt, te veranderen”, beaamt Lockhart. “Maar het is en blijft belangrijk om bewust te zijn van je woorden en je er ook bewust van te zijn hoeveel invloed woorden kunnen hebben op je kleinkinderen.”
Huffpost vroeg Lockhart en andere experts dan ook welke veelvoorkomende opmerkingen grootouders het beste kunnen vermijden wanneer ze in gesprek zijn met hun kleinkinderen. Side note: kom jij erachter dat jij deze opmerkingen ook wel eens hebt gemaakt bij jouw kleinkinderen, maak je dan niet te veel zorgen. Het kan gebeuren!
“Het is nooit te laat om bewuster om te gaan met de manier waarop je met je kleinkinderen om gaat”, stelt Andrea Dorn, psychotherapeute en schrijfster kinderboeken. En precies daarom moet je rekening houden met de volgende opmerkingen:
1. ‘Vertel het niet aan je ouders…’
“Denk bijvoorbeeld aan het geven van een extra koekje aan je kleinkinderen, of ze wat langer laten opblijven en dan fluistert: ‘Het is ons geheimpje’. Elke keer dat je je kleinkinderen aanmoedigt om iets achter te houden voor hun ouders, kan dat schadelijk zijn”, aldus klinisch psycholoog Zainab Delawalla.
“Het onderdrukt het ouderlijk gezag, wat langdurige gevolgen kan hebben. Bovendien geeft het kinderen het idee dat als ze in bepaalde situaties terechtkomen, ze het beter niet kunnen zeggen tegen hun ouders voor hun ‘eigen belang’. Dit kan vooral gevaarlijk zijn als een kind zich slecht voelt over zichzelf omdat hij/zij wordt gepest.” Het is dus belangrijk volgens Delawalla dat grootouders een andere manier vinden om hun kleinkinderen te vertroetelen zonder de grenzen van de ouders te overschrijden.
2. ‘Je wordt zo groot! Ben je aangekomen?’
Ook opmerkingen over het lichaam van je kleinkind raad Lockhart sterk af. “Als verantwoordelijke volwassenen is het onze plicht om kinderen te steunen en aan te moedigen om zelfverzekerd te zijn. Laten we geen opmerkingen maken die hun eigenwaarde kunnen schaden of die ze onzeker kunnen maken. Ik hoor het voortdurend in mijn praktijk, van jonge kinderen tot volwassenen. Zulke harde opmerkingen van grootouders worden onthouden en steeds opnieuw afgespeeld”, aldus Lockhart.
3. ‘Je bent zo verwend’
Wanneer er feestdagen aanbreken, kan dat voor veel prikkels zorgen bij kinderen. Denk bijvoorbeeld aan kerst, Sinterklaas, maar ook hun verjaardag. De kans is dan ook sterk aanwezig dat je kleinkind zich een beetje ondankbaar gedraagt bij het openen van een berg cadeautjes. Het is dan logisch dat je als grootouders de neiging hebt om te zeggen dat je kleinkind ‘veel te verwend is’, maar dat moet je juist niet doen. Bijna elk kind gedraagt zich zo tijdens de feestdagen. En wanneer dit gedrag wat vaker voorkomt, is de kans groot dat het met de opvoeding te maken heeft, en niet met het kind.
“Als ze zich bevoorrecht en ondankbaar gedragen, kan dit gedrag zij aangeleerd door de ouders”, legt klinisch psycholoog Ryan Howes uit. “Dus je kleinkind alle schuld geven is niet eerlijk. Slik het daarom maar gewoon in of praat met de ouders, maar houd het oordeel bij jezelf.”
Lees ook: Hebben: Action verkoopt te leuke teddystoel voor een prikkie
Artikel bewaren? Pin ‘m op Pinterest!
Bron: Huffpost | Beeld: Pexels